Ook hier hebben uitheemse rivierkreeften hun intrede gedaan. Rivierkreeften die ooit zijn ingevoerd vanuit Noord-Amerika en ontsnapt of uitgezet zijn, tref je tegenwoordig in alle beken en rivieren aan. Wat maakt het uit, zou je kunnen denken. Hoe meer zielen hoe meer vreugd. Maar niets is minder waar, want deze exotische kreeften zijn een ware plaag.

Amerikaanse rivierkreeften woelen in de bodem en graven gangen in de wateroevers. Het gevolg is troebel water waardoor er geen licht meer op de bodem schijnt. Ook kalven oevers af door het gegraaf en eten deze exoten veel waterplanten op. Soortenrijk water verandert hierdoor in soortenarm water met minder vissen, amfibieën, kevers en vogels die broeden in waterplanten. Om nog maar niet te spreken van het verdrijven van de Europese rivierkreeft (Astacus astacus), de steeds zeldzamer wordende inheemse rivierkreeft.

Gelukkig zijn er allerlei (roof)diersoorten die kunnen zorgen voor minder uitheemse rivierkreeften doordat zij flinke aantallen rivierkreeft kunnen eten. Roofvogels als buizerd lusten bijvoorbeeld best wel een hapje kreeft, maar ook gaaien en kraaien en natuurlijk de otter.

YouTube player


Die soorten moeten we dan wel de ruimte geven om hun ding te kunnen doen. Als wij er bijvoorbeeld voor kunnen zorgen dat dieren als de otter niet omkomen in het verkeer, hoeven zij hun kreeftenmaaltijd niet te laten lopen en regelt de natuur zelf dat Amerikaanse rivierkreeften minder problemen vormen. En hoewel het niet meer haalbaar is om volledig van deze invasieve kreeftensoorten af te komen, kan daarmee toch de tijdelijke balans op natuurlijke wijze weer worden hersteld. Een tijdelijk evenwicht, want de natuur is tenslotte altijd in beweging.

Nog geen reactie(s)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *